Deze week waren we te gast bij een kleine zorgaanbieder. Deze organisatie is als één van de weinige gespecialiseerd in de zorg voor “zorgmijders”: mensen die zorg hard nodig hebben, maar die dat van zichzelf niet vinden. Vaak is er sprake van psychiatrische problematiek, of niet-aangeboren hersenletsel. Dikwijls zijn deze cliënten vooral een risico voor zichzelf. Deze organisatie biedt behandeling, begeleiding, hulp aan huis, alles wat er maar nodig is.
Wat deze organisatie nog bijzonderder maakt is dat ze ernaar streeft alle vormen van zorg door zo min mogelijk hulpverleners te laten uitvoeren. Dat is echt integrale zorg. Daarmee vallen ze buiten de vaste kaders. Het probleem is dan dat de financiers niet over de brug komen. Als iemand én huishoudelijke hulp én een behandeling geeft, valt dat zowel onder de WMO en onder de Zorgverzekeringswet (ZVW). In de praktijk worden de declaraties dan met argwaan bekeken. Cliënten zijn echter tevreden, de hulpverleners zijn tevreden…maar de zorgkantoren en gemeenten, niet.
De financiers zouden de zorg, zoals door deze organisatie aangeboden, met wat meer coulance moeten bekijken. Deze vorm van zorg werkt, en sluit aan bij de leefwereld van de betrokkenen. In de praktijk blijven de rekeningen echter onbetaald.